parallax background

Hike en bike

Two cyclists on the Carretera Austral in Chile
De Carretera Austral fietsen
december 14, 2017
Screenshot of the windy cycling app
De handigste fietsapps
december 20, 2017
 

27 november - 8 uur 's ochtends


 

Snel poseren we voor het bord ‘Fin de Carretera Austral’ en proosten uiteraard met een whiskey. Daarna stappen we met het bonte gezelschap fietsers op de kleine ferry die ons over het Lago O’Higgins brengt. Door de sterke wind is dit de eerste oversteek sinds een week zodat we met dertien fietsers de uitdagende grensovergang wagen. De boottrip staat bekend als ‘gevoelig voor zeeziekte’, maar gelukkig geeft Olivier geen krimp en is het zelfs Zoë die blij is als we aan de overkant zijn, al kan het glaasje whiskey daar wel wat mee te maken hebben. Vanaf daar begint het avontuur. De eerste vijftien kilometer is het grootste deel fietsbaar en moeten we de fiets slechts een paar keer naar boven duwen, maar dan verandert de onverharde weg in een smal wandelpad. Net op de overgang springt de kilometerteller naar 10.000 kilometer. Wie had ooit gedacht dat we zoveel zouden fietsen? Het eerste wat Olivier zegt: ’10.000 erbij toch?!'

 

Het zes kilometer lange wandelpad is beroemd onder fietsers. De schoenen gaan uit en de fiets aan de hand. Na honderd meter begint het speelplezier als we de eerste rivier over moeten. Daarna ploeteren we door de modder, duwen de fietsen op steile hellingen, sleuren ons over boomstammen en schuiven door smalle geulen waar de fietsen net door passen. Het is slopend, maar voor ons pure pret. Na elke bocht volgt een nieuw obstakel, soms lijken ze onoverbrugbaar en speuren we naar de makkelijkste weg. In tegenovergestelde richting komen we een paar wandelaars tegen die ons verbaasd aanstaren en zeggen ‘dergelijke fietsen hadden we hier nooit verwacht’. Vijf uur later ploffen we de fiets in het gras aan het Lago Desierto en zien Fitz Roy machtig oprijzen aan de andere kant. Één voor één druppelen de andere fietsers binnen, de een uitgeput, de ander met een grote glimlach op het gezicht. Een paar maanden geleden zeiden we tegen elkaar ‘die oversteek doen we nooit’, maar nu kunnen we alleen maar glimlachen. De laatste veertig kilometer onverharde weg tot in El Chalten doen nog even pijn, totdat er een glad zwart laagje in de verte verschijnt. Wat voelt het goed om na 500 kilometer weer een strook asfalt te zien. Dat verdient een kusje!

 

In El Chalten ruilen we de fietsen om voor de wandelschoenen. De wereldberoemde Fitz Roy steekt imposant boven alle andere bergen uit als een waar icoon. Daarnaast ligt een van de moeilijkst te beklimmen bergen ter wereld, Cerro Torre. De eerste drie dagen hiken we het traditionele circuit langs deze twee beroemdheden. Het barst van de andere wandelaars, maar ’s avonds zitten alle dagjeswandelaars rustig in hun drie sterrenhotel en staan we alleen met de tent op een vijf sterren locatie. We ontmoeten Bernd en Bernard voor de laatste keer, en de drie heren wagen zich aan een duik in Laguna Torre onder toeziend oog van vele verbaasde toeristen. Onze tweede trektocht is veel uitdagender. We huren een klimgordel om twee keer een rivier over te steken via een zipline. Het circuito de Huemul is een vierdaagse trektocht over de Paso del Viento en de Paso de Huemul. We registreren ons bij de Parque Nacional, laten verplicht al ons materiaal zien en moeten het registratiepapiertje bij terugkomst weer afgeven. Zoniet, sturen ze een reddingspatrouille uit om ons te zoeken. De eerste dag is lang, maar niet al te lastig. Een paar keer moeten de schoenen uit voor hele stukken door nat grasland of om een ijskoude rivier over te steken.

De tweede dag begint de uitdaging als we onmiddellijk de rivier oversteken met de zipline. We hebben geluk dat er net een groep Oostenrijkse avonturiers vanuit de andere kant komt, die ons helpen om aan de overkant te raken. Na heel wat geklauter komen we boven op de Paso del Viento waar we met open mond in de verte staren. De grote zuidelijke ijsvelden, de grootste ijsmassa in de buurt van de evenaar, strekken zich uit tot aan de horizon. Voor onze neus zien we de geboorte van de Viedma gletsjer die uit de witte vlakte geperst wordt. Het is onwaarschijnlijk om zo’n grote hoeveelheid ijs te zien, terwijl het dertig kilometer naar het oosten droog en warm is. We volgen de Viedma gletsjer tot aan de monding het Viedma meer waar deze als een stuwdam van ijs het meer lijkt tegen te houden. De grote ijsblokken die afbreken, drijven af en verzamelen zich in een kleine baai. Een droomlocatie om de tent op te zetten, en voor Olivier om alvast een nieuwjaarsduik te nemen. Met benen onder de schrammen komt Olivier uit het water. Onder water zijn de ijsblokken toch wat groter dan boven water. De laatste dag wandelen we 25 kilometer terug naar El Chalten, het einde van een geslaagde expeditie.

 

We gunnen onszelf geen dagje rust want de wind staat gunstig om te fietsen. Bovendien hebben we als doel het pink house, op 125 kilometer van El Chalten, een afstand die we nog nooit gefietst hebben. We moeten de Patagonische pampa’s oversteken naar de Atlantische Oceaan. Zo’n 450 kilometer woestijnachtig steppelandschap waar niets is. Verschillende Argentijnen waarschuwden ons al dat, ‘hay nada, pero nada nada’, er is niets, maar echt niks niks en een warmshower omschreef het als het kerkhof voor de fietsers. In theorie waait de wind steeds vanuit de bergen naar de kust dus we hopen dat dit onze reddingsboei is om het kerkhof te overleven. De eerste 90 kilometer vliegen we met een aangename rugwind uit El Chalten, maar dan draaien we volledig tegen de wind in. De laatste 35 kilometer duren even lang als de eerste 90, totdat we eindelijk een roze huis zien langs de weg. Het pink house is een verlaten restaurant dat een bekende overnachtingsplaats voor fietsers is geworden. Er zijn geen ramen en deuren, maar het is verbazend schoon binnen. De muren staan volgeschreven met honderden namen van fietsers die gepasseerd zijn. Zoveel vermoeide benen van gelijkgestemde zielen die ons voorgingen zorgen voor een unieke sfeer in het huis.

De volgende dag slaan we de afslag naar El Calafate over, die bewaren we voor met de ouders van Olivier, en moeten een laatste stevige heuvel over. De gehoopte wind waait niet en is vervangen door een God’s straffen, een muggenplaag. We kunnen niet snel genoeg naar boven fietsen om de bijtvliegen van ons af te schudden en zijn omsingeld door honderden kwelduivels, die niet steken met he vel open bijten. Olivier schreeuwt het uit, wanhopig de vliegen wegslaand, en spurt zo snel hij kan de vijftien kilometer lange klim op. We hebben al 75 kilometer gedaan, maar stoppen om te lunchen is zelfmoord. Uitgeteld, met een grote hongerklop en honderd beten op de benen, ploffen we neer op de top. Liever tegenwind dan deze nachtmerrie. We fietsen verder tot het enige huis op de route, een post voor wegwerkers, waar we de tent onder het afdak kunnen zetten. 129 kilometer op de teller vandaag, opnieuw een record. De gehoopte rugwinden blijven uit en veranderen zelfs in tegenwind. Op de kaarsrechte wegen markeren de vrachtwagens in de verte de volgende bocht. Uitgezonderd guanacos, een wilde lama variant, wat struisvogels en een sluwe vos die zich niet verstoppen kan, is er geen afleiding voor de lichamelijke pijntjes. Handen en voeten gaan slapen, het zitvlak weet geen houding meer aan te nemen en de schouders steken van de pijn. In het enige dorpje op de route, La Esperanza, bekomen we even in het tankstation. Een jongeman ziet ons een paar kleine broodjes eten, en biedt prompt zijn bord met een heerlijk grote hamburger aan. We zullen er wel uitgehongerd uitgezien hebben?! Het begint te regenen dus we besluiten te stoppen voor vandaag en zetten de tent in de tuin van het tankstation.

 

We zijn slechts zeventig kilometer van de toeristische fietsroute en zijn opnieuw een bijzonderheid als fietser. ’s Ochtends krijgen we ovenverse empanada’s en dezelfde jongeman van de hamburger komt nog even terug om een sponsoring in onze zak te steken. Het landschap mag dan saai zijn, het wordt altijd gecompenseerd met de menselijke ervaringen op de route. Er rest ons een laatste etappe om de woestijn te overleven, 145 kilometer tot in Rio Gallegos. We hoopten op meer wind, maar met 28 kilometer per uur gemiddeld kunnen we niet klagen. Een laatste keer het record gebroken. 470 kilometer in vier dagen tijd, dat verdient een stevige maaltijd, maar helaas is onze timing slecht en komen weer op een zondag aan en is alles gesloten in de stad. Dat wordt weer pasta met groenten, zowat ons dagelijkse maal. De GPS vertelt ons dat we 600 kilometer van Ushuaia zijn. Het komt plots heel erg dichtbij!

 

12 Comments

  1. Rodrigo schreef:

    Amigos, que increíble experiencia, acompañándolos a la distancia, un fuerte abrazo

  2. Mia schreef:

    Jongens, jongens wat een leven hebben jullie …keihard aan de ene kant en wonderbaar mooi aan de andere kant. Jullie zien en beleven dingen die wij niet kunnen begrijpen. Wij …de thuis zitters. Als ik na mijn leven terug kan komen dan ga ik hetzelfde doen als jullie. Vind het zo indrukwekkend allemaal . Wat zijn de plannen als jullie aan het einde van de wereld zijn aangekomen ?

    • WeLeaf schreef:

      Dat zijn weer een stel mooie woorden Mia. Dankjewel. Het harde, het zware, is waar we enorm van genieten! Dat maakt het gek genoeg allemaal heel normaal 🙂 We hebben plannen, daar komen we snel op terug 😉 Dikke knuffel!

  3. Jebbien schreef:

    Gaaf hoor!! Ziet er weer allemaal super uit!!

  4. Ellen schreef:

    Pfff wat een tocht weer. Magnifiek.

  5. Rob schreef:

    Voortaan whisky op de boot mee…

  6. […] krijgen inzicht in hun doen en laten. De autotocht van El Calafate naar Torres del Paine volgt hun fietsroute. We voelen de enorme wind die zij trotseerden, hun zoektocht naar een schuilplaatsje kunnen we ons […]

  7. Gert Kamphuis schreef:

    Het was genieten daar! Genoten van jullie verhaal!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *