We herinneren onszelf dat we ook in Bolivia soms geen brood vonden. En dat ze in Brazilië niets anders dan en wortel en aardappel hadden. ‘We bedenken wel wat, dat is ons altijd gelukt’ zegt Zoë. Wat eigenlijk een beetje gek in de oren klinkt. Alsof we het reizen ont-oefend zijn. “Ach het zal wel", denken we. We wisselen slingerweggetjes af met oneindige wegen, maar voor we het weten hebben we de eerste tachtig kilometer achter ons liggen. De eerste tachtig, de eerste dag, maar tegelijk behalen we een gigantische mijlpaal. Het zijn tachtig kleine kilometers van het grote geheel. Vandaag tikken we de twintigduizend aan. We geven elkaar nog maar eens een high five. “jeetje twintigduizend, dat is wel heel veel hè” zegt Zoë. ‘Jaa’ antwoordt Olivier met een lach. Die overige 19.920 voelen ver weg. We zijn in een van de weinige dorpjes die we passeerden. Klein en arm. De huizen zijn gebouwd van hout en riet. De mensen zijn klein, donker en hebben een robuuste bouw. Ze kijken ons zowel verdwaasd als roekeloos aan. Gedag zeggen ze niet echt, ze zijn terughoudend, maar af en toe reageert een groepje met een verlegen zwaai en een lach. We gaan met vertrouwen van start voor onze zoektocht naar een slaapplaats. In de bossen zal niet gaan, hebben we al gezien. We mikken op iemand zijn landgoed. We proberen het bij een boer met een mooie palapa, rieten hut als carport. ‘Dat is een perfecte plek voor de hangmatten’ zegt Olivier. Helaas, de man vindt van niet. “Er zijn honden” is het voor hem logische antwoord. Eveneens onze tweede poging mislukt en we krijgen hetzelfde vreemde antwoord. We beginnen net aan ons zelf te twijfelen als we Lucio de tuin zien sproeien.
Lucio is ook klein en robuust mannetje. Zijn handen zijn zo klein dat het net lijkt of zijn vingertopjes ontbreken. “we zijn twee fietsers en gaan richting Belize. We zoeken een overnachtingsplek” zegt Olivier. “We hebben twee hangmatten, zouden we die aan uw bomen mogen hangen? Morgenvroeg zijn we weer weg” vult Zoë aan. “Daar is de deur” is zijn enige antwoord terwijl hij vanuit de grond zijn bloemetjes bespuit. We rollen naar de deur en roepen nog eens hallo. Dochter Sofia hoort onze vraag aan, en laat ons vriendelijk binnen. We mogen de hangmatten hangen onder haar ‘afdak’ in de tuin. Haar huis is eenvoudig. Twee kamers en een douche, maar verder staat er niets. Geen bank, geen bed. Slechts een simpele kast en natuurlijk een tv en wat coca cola flessen. ‘Waar slaap je?’ Vraagt Olivier verbaasd. ‘Hier in de hangmat’ zegt Sofia, alsof dat de gewoonste zaak is. Ze doet het zelfs even voor ons voor. “Maar slaap je dan altijd in de hangmat?” probeert Zoë zonder beledigend de zijn. Als we horen dat ze hier inderdaad al hun hele leven in hangmatten liggen, durven we zonder gekke bekken onze nieuwste aanwinsten boven te halen. We hangen ze op, dat hadden we al één keer geoefend vier dagen voor vertrek. Vader Lucio, van 85, maar nog zo fit als een jong schaap, komt eens kijken. Hij vertrouwt het niet. Die dunne draad waar onze hele ‘licht gewicht’ hangmat op balanceert dat heeft hij nog nooit eerder gezien. Net als het ingebouwde muggennet. Hij vertelt dat hij één keer in zijn leven in een hotel heeft geslapen. Hij moest toen in een bed liggen. ‘Dat is net een tafel’ zegt hij. ‘Toen ik wakker werd, was ik er zelf een geworden’.
De volgende morgen zaten we zelf als een houten plank op de fiets. Niet vanwege de hangmatten maar vanwege onze tassen. We hadden ze opnieuw ingepakt en werden weer geconfronteerd met ons gevoel. In stilte voelen we verdriet, irritatie en zijn bovenal kwaad. Kwaad op ons zelf. Alles voelt mis. Het gaat even helemaal fout. Ondanks dat de avonturen gewoon voor de deur staan. Dit is helemaal niet onze reis denken we met een brok in ons keel, zonder een woord te zeggen. Zwijgend fietsten we voort. De irritatie zet zich om in onze spieren en we trappen harder, harder en harder en zeggen minder en minder. “Aggrrr, We hebben slechte keuzes gemaakt!” denkt Olivier kwaad. “klotereis, klotespullen”. Zijn vingers tintelen en hij heeft zin om te stoppen en de hele inhoud van zijn tassen leeg te gooien. Van die gedachte wordt hij nog kwader. Zoë voelt Olivier's frustraties. Hij voelt ontevreden en in een andere wereld. Ze wordt er verdrietig van. Het voelt machteloos want ook zei kan niets met haar eigen gevoel en dat Olivier zich zo voelt, vindt ze het allerverschrikkelijkste. Hij voelt ver weg. Een knuffel en liefde voelen eeuwen geleden. Tranen springen in haar ogen. “nee ik moet sterk zijn denkt ze, nu kan ik Olivier eens helpen”. Alsof haar gevoel geen parten speelt, begint ze er nog eens over. “schatje, we gaan in oplossingen denken”. We zijn zeker tien kilometer verder gestampt als Olivier gekalmeerd is en zich eigenlijk een heel stuk ‘opgeruimder voelt. Dan breekt Zoë, de tranen druipen van haar wangen terwijl we verder fietsen. “he wat is er nu?” zegt Olivier. “wil je een knuffel” zegt Olivier ineens. “kom stop eens, lieffie. We stoppen. Parkeren de fietsen midden op de weg en pakken elkaar vast. Heel stevig en heel lang, in stilte. Daar staan we dan. In de lange gestrekte groene bossen, op een lange eindeloze weg. Breekbaar in elkaars armen.
De bom is gebarsten in Mexico. Het lontje was kort, al sinds enkele dagen voor ons vertrek. Maar het was deze bom die we nodig hadden. En nu was het moment dat ze ontplofte. Mexico vertelt ons in harde woorden dat onze trip onderbroken is geweest. Nu pas dringt die realisatie tot ons door. We zijn er tussenuit geweest en zitten niet terug op de oude route. We zijn plots in een ander land, waar we niet zelf heen zijn gefietst. We missen overgangen tussen land en cultuur. Met als gevolg dat we ons ritme of ‘swoeng' niet terug vinden. Een andere taal, ander eten, andere cultuur, andere munt. Daarbij komt nog dat we zelf ook anders zijn. We hebben andere spullen bij en hebben ons ‘thuis’ even geproefd. Alles zit anders in de tassen, het past niet handig en twijfelen aan enkele keuzes. Kortom er is zoveel anders dat ons gevoel daar even geen plaats aan kan geven. De bom is ontploft en er is weer zeeën van plaats voor ons gevoel. We zijn weer terug, nu echt. We zijn terug op reis, we zijn er samen en we weten dat we elkaar nodig hebben op moeilijke momenten. Samen komen we eruit. Het is soms even zoeken met complexe gevoelens maar weten hoe we elkaar moeten motiveren en wat we ieder nodig hebben. We zijn er samen uitgekomen en kunnen nu weer samen genieten van deze trip. Dat doen we dan ook diezelfde dag nog. Dit keer laten we alle ervaringen zonder donkere wolk boven ons hoofd op ons af komen.
Yukatan en omgeving zijn bekend wegens zijn oude maya cultuur. Onderweg komen we langs een van de grote tempels, die we een bezoekje gunnen. Echter een voor ons veel groter genot zijn de Cenotes. Het zijn ondergrondse zoetwater grotten. In enkele daarvan kan je zwemmen of zelfs duiken. Lachend denken we terug aan hoe Lucio ons gisteren de schrik van zijn leven vertelde. Hij had eens rustig aan de kant zitten kijken naar twee mensen die onderwater verdwenen. Hij had ze enkele minuten later weer terug verwacht, maar ze kwamen niet. Hij was er bij gaan staan en staarde naar het water. Het duurde geen seconden, maar minuten en had zijn hoop opgegeven. De mensen moesten zijn verdronken. Maar na een half uur, wonder boven wonder, waren ze er weer! Sindsdien leerde hij over de hoogstaande technologie van ’duiken’. Wij zelf nemen geen duik maar springen wel van vijf meter hoogte het water in terwijl de stalactieten boven ons hoofd bengelen. Een goede opfrisser voor de laatste dertig kilometer. We hoorden dat er in het dorp verderop een feest is vanavond. Voor we verder fietsen, stoppen we in de schaduw van een winkeltje om te lunchen. Een winkelbezoeker passeert. Zijn gulp staat wagenwijd open. Zoë draait met een ruk haar hoofd om naar Olivier. “Gadver die vent heeft geen onderbroek aan en gewoon zijn pielewiep in de blote lucht hangen. “Daar wil je niet slapen vannacht” zegt Olivier met een grijns terwijl hij eens checkt. De man, Augustin genaamd, komt een praatje maken. Hij is organisator van het feest in het dorp verderop “of we niet toevallig bij hem willen komen slapen vannacht”. Terwijl door Zoë haar hoofd heen vliegt “ohjee” zegt haar mond: “Oh dat is aardig!” De man verdwijnt weer. “Dat wordt interrestant!” zegt Zoë . “Hij heeft gewoon een roze onderbroek aan” zegt Olivier spottend met grote grijns.
Augustin ontvangt ons blij. “ik had nooit verwacht dat jullie zouden komen” zegt hij. “ik ben geen man van leugens” voegt hij trots toe. Hij laats ons zijn huis zien. In een kamer gebouwd uit steen mogen wij onze hangmatten hangen. En een palapa als hoofdhuis, waar een eenvoudige keuken gemaakt uit klei en de woonkamer zich bevinden. In de woonkamer is wederom niets meer dan een hangmat en een televisie. We mogen douchen. Of liever, ons wassen in de keuken. Er hangt een oude stoffige doek die door de tijd versleten en moet dienen als afscherming. Het is een van de meest arme huizen waar we zijn geweest. Zoë kletste vanuit de ene hangmat, terwijl moeder en haar drie dochters plaats nemen in de hangmat er tegenover. Het is tegelijk hun bed en de kinderen slapen er samen in. Olivier kookt op het kleinen oventje op houtvuur. Na een uur heeft hij eindelijk zijn water aan de kook. De familie eet mee van onze pasta en mango’s, die zij normaal met limoen en chili eten. We praten over huwelijk en kinderen. Moeder beschermt haar oudste dochters van de jongens, ze wil niet dat ze al te vroeg trouwt. "Vanaf je trouwt, krijg je kinderen en moet je werken” zegt ze. De twee kleintjes volgen ons in elke beweging. Als we even naar onze tassen lopen, komen ze ons direct achterna en willen alles aanraken. We ontsnappen even door naar het feestje te gaan kijken. Het is de verjaardag van een heilige maagd. Alle dames zijn gekleed in de traditionele kleding van hier. Een prachtig gezicht maar de rest verloopt op Latijns Amerikaans tempo en we druipen al snel af naar onze hangende bedjes.
Hoewel we Augustin de rest van de avond niet meer hebben gezien, staat hij sochtens vroeg aan ons bed. “Of we geen kleine bijdrage hebben voor hem”. Het is een moeilijk moment waarover vele zullen vinden dat wij best iets kunnen missen van ons budget, wat ondanks ons kleine budget natuurlijk ook het geval is. Toch is dat niet hoe wij het bekijken. Zoë legt hem uit dat we hem heel dankbaar zijn voor zijn uitnodiging, dat we het geweldig vinden om zijn huis te mogen betreden en zijn familie te leren kennen en bovenal om culturen uit te wisselen, maar dat een uitnodiging een uitnodiging is. We vertellen hem dat het zo niet werkt voor ons en hij neemt het een beetje teleurgesteld maar wel goed op. Het blijft wel hangen, enerzijds uit teleurstelling. Je had gehoopt dat hij ons uitnodigde vanuit zijn hart en niet vanuit het geld. Anderzijds stap je wel een arm gezin binnen dat het echt niet makkelijk lijkt te hebben. We laten een kaart achter en een aantal zaadjes. Die kunnen ze planten in de tuin en als ze bloeien blijven terugdenken aan de leuke tijd die we samen hebben gedeeld. We zijn ze heel dankbaar, met ons hart en hopen ze rijker te hebben gemaakt met een ervaring in plaats van met geld.
We gaan steeds vroeger op pad om de hitte voor te zijn. De groene muren beginnen langzaam eentonig te worden en de zadelpijn is niet meer te houden. De laatste nacht voor we aankomen in de grote stad nemen we eens wat tijd voor ons zelf. We kamperen in onze hangmatten naast de kerk van een klein dorp. De kerkbeheerders vinden het geen enkel probleem en voorzien ons de hele avond van kerkelijke verhalen. Er is geen douche dus als de avond valt, staan we snel in ons naakte lijf naast de kerk. Met de tuinslang spoelen we het kleffe zweet van ons lichaam. We halen nog een heel diep adem en glimlachen zeer tevreden. “wow, dat waren een paar intense dagen” zegt Zoë. “Ja, maar ik voel me weer goed” zegt Olivier tevreden. Morgen nemen we een dagje rust en dan gaan we Mexico al weer uit. Zeven dagen Mexico, het was een pittige introductie van onze nog lange expeditie, maar we zijn er klaar voor. Nu echt!
8 Comments
Hoi Zoe en Olivier,
Fijn dat jullie weer onderweg zijn, dat houdt in dat de gezondheid .weer oke is?
Ik volg jullie reis al een tijdje, en geniet van de verslagen en de filmpjes.
Leuk dat jullie op Giant trooper fietsen, deze fietsen gebruikte wij vroeger ook, (alleen op asfalt) we zijn niet van de verre reizen en avonturen.).
Het sterkt ons ook in de opvatting dat je, geen super dure fiets nodig hebt , om mee te reizen, zeker in Europa.
Ik wens jullie veel reisplezier, en een goede reis, dan blijf ik genieten van de verslagen en de filmpjes.
Groet Bert
Hee Bert,
Wat leuk dat je ons volgt! Met de gezondheid gaat het intussen weer goed. Zoë fietst alsof er niets gebeurd is :). Natuurlijk is er af en toe nog een kleine reactie van het lichaam, maar gezien de omstandigheden, gaat het fantastisch.
De Giant Troopers zijn echt topfietsen. Wij dachten eerst ook alleen asfalt te doen, maar ook op de onverharde wegen doen ze het goed, met de nodige voorzichtigheid weliswaar. Helemaal mee eens dat je met iedere fiets de wereld rond kan reizen. Argentijnen fietsen ook veel en die doen het nog veel meer basisch dan wij.
Veel groeten,
Zoë en Olivier
Hey wereldreizigers, jullie zijn niet alleen om te wennen aan de nieuwe situatie. Voor mij is het ook nieuw en zo vreemd en anders. he ? Plots zie ik jullie in een blauw en rood pak, in plaats van het groene truitje en de orange broek 🙂 🙂 jullie pagina of hoe noemen ze het ? is ook anders. Maar goed …straks ben ik het nieuwe ook weer gewoon.
Hee Mia,
Hahha, ja, het is inderdaad even wennen, maar gelukkig gaat dat snel. Als we nu iemand vragen hoe het oude logo eruit ziet, kan bijna niemand het zich herinneren. Wij zijn gelukkig nog hetzelfde 😉
Heel veel groetjes!
Hi lieve twee,
Fijn weer om jullie te kunnen lezen en zo te volgen!
Mooi ook dat de lucht geklaard is en jullie weer “goed zijn”
Blij ook dat we bij jullie afscheidsborrel waren.
Blijf goed voor elkaar zorgen en je hart volgen. Dan valt alle weer op zijn plek.
Liefs en een dikke knuffel,
Elisabeth
Hee Elisabeth!
We gaan inderdaad weer helemaal goed en genieten volop van terug op de fiets te zitten. We hebben het zo leuk gehad thuis, ook met de afscheidsborrel, dat de plotse wisseling even moeilijk was. Dat hoort erbij en maakt ons weer sterker.
Heel veel groetjes!
Zoë en Olivier
Weer lekker op reis en mooie avonturen beleven. Ook weer met nieuwe spullen. Lekker in een hangmat zo te zien in plaats van op een luchtbedje. Het is wel weer totaal iets anders dan in Nederland. Warm en een andere omgeving, ik snap dat dat even wennen is.
Klopt, allemaal nieuwe dingen en daar moeten we even aan wennen. Dat hoort erbij en gelukkig gaat dat allemaal snel. Over tijdje kunnen we niet meer zonder de nieuwe spullen :p