Ons huis voor de komende twee maanden ligt dertig kilometer ten oosten van de grote stad. Het is amper een half uur met de trein, maar het voelt alsof we terug de natuur inrijden. Heuvels, bossen en meren. We halen opgelucht adem. Emke, een oud rugbymaatje van Zoë, woont samen met haar vriend Remco al een paar jaar in Zweden. Ze hebben pas een tweede kindje gekregen en gaan ruim twee maanden naar Nederland. Wij passen op het huis, de kat en de twee goudvissen. Het huis ligt in een doodlopende straat waar zo’n acht andere gezinnen wonen. Langs de voorkant kijken we uit op de snelweg en een groot meer, aan de achterkant is er alleen maar bos en natuur. Het huis is veel groter dan ons vorige huisje in het noorden van Värmland. Veel te groot voor ons twee, en veel te luxe voor twee wereldreizigers. Plots zitten we in een echt huis, waar niet het vakantiegevoel ademt, maar wel een normaal leven met twee kinderen en een baan. We hebben buren, mogen de tweede auto gebruiken en er is een vaatwasser.
De hele maand december zien we niet één keer de zon. Het is druilerige herfstweer en de bossen veranderen in een grote modderpoel. Het houdt ons niet tegen om onze nieuwe omgeving te verkennen. Een blik op Google Maps, de gps in de hand en we vertrekken op zoek naar een nieuw hardlooprondjes. Al snel hebben we meer alternatieven dan in onze vorige omgeving. In het vorige huis waren we wekelijks bezig met hout verzamelen, zagen en klieven. De eerste taak in de ochtend was het aansteken van de houtkachel om het huis op te warmen. Hier springt de warmtepomp automatisch aan en verwarmt het huis heel de dag. We moeten wennen aan het leegmaken van een brievenbus en de planten water geven. Het zijn huishoudelijke taken die na vier jaar terug in ons systeem komen. Al snel is onze routine weer aangepast en voelen we ons thuis in het grote huis.
De dagen zijn kort in de Zweedse winter. ’s Middags gaat om drie uur de zon onder en pas rond negen uur ’s ochtends is het terug licht. Het zijn ideale dagen om aan ons boek te werken. Net na nieuwjaar hebben we een eerste versie van het manuscript klaar. We sturen het trots naar de meelezers en hopen vooral dat de feedback positief is. We werken, werken, werken, totdat we beseffen dat we van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat naar een computerscherm kijken. Dat wat we opschrijven in ons boek, passen we in werkelijkheid amper toe. Waar is de juiste balans tussen werk en het buitenleven? Waar zijn de drie dagen werk, vier dagen hobby? Waar zijn de kleine avonturen in de natuur?
‘Ik hou dit tempo geen tien maanden vol’ zegt Olivier als we wandelen door een laagje verse sneeuw.
‘Wat bedoel je?’ vraagt Zoë
‘We zijn zestig uur per week bezig aan het boek. Tegen de tijd dat het boek gedrukt is, heb ik geen energie meer om het
te verkopen’ geeft Olivier eerlijk toe. ‘Van schrijven krijg ik energie, maar de hele marketing, verkoop en logistiek is niets
voor mij'
Tot nu toe dachten we alles zelf te doen, van schrijven tot verkoop. We beseffen dat alles op ‘eigen kracht’ doen, gekkenwerk is. We zetten een aantal scenario’s op papier, werken het businessplan opnieuw uit en komen al snel tot een gewenste oplossing. We gaan samenwerken met een uitgever.
Intussen is koning Winter aangekomen in het zuiden van Zweden. De temperaturen dalen ’s nachts tot min tien en het witte laagje sneeuw smelt overdag niet weg. Het grauwe landschap licht op en de Zweedse rode huizen stralen in de sneeuw. Dit is de reden waarom we in Scandinavië willen wonen. We waren op voorhand een beetje bevreesd voor de gesloten cultuur van het noorden. Hoge noordelijker, hoe meer gesloten de mensen, is het algemene idee. Het tegengestelde is waar. De Zweden zijn helemaal niet terughoudend en stil. Ze zijn rustig en beleefd, maar ook nieuwsgierig en geïnteresseerd. Er heerst een soort rust in de cultuur met minder gejaagdheid. In het postkantoor helpen ze ons gerust een kwartier en niemand achter ons die al grommend bezwaar maakt. We maken buiten kampvuurtjes met de buren en we leren mensen uit het dorp kennen. Onbewust, en zonder echt moeite te doen, groeit ons sociale netwerk en wortelen we stilaan in het Zweedse dorp. Het geeft ons vertrouwen dat we onze thuis zullen vinden in Scandinavië, zelfs onder de grauwe rook van de grote stad.
Na ruim twee maanden worden we niet meer wakker van de vliegtuigen die ’s ochtends overvliegen en de koplampen van de auto’s op de snelweg zijn onderdeel van het landschap.
‘Ik kan niet geloven dat er twee maanden voorbij zijn,’ zegt Zoë als we ’s avonds naar de bioscoop in het dorp wandelen. Het is de kleinste bioscoop van Zweden, die vanavond exclusief voor ons de deuren opent. Tijdens het schaatsen ontmoetten we toevallig de voorzitter, van wie de broer jaren geleden al schaatsend het Baikalmeer in Rusland overstak. Hij maakte er een film over en die krijgen we deze avond te zien.
‘Ik zei het toch. Je gaat het jammer vinden dat we hier vertrekken.’ antwoord Olivier.
‘In dit dorpje wonen of in het huis van mijn ouders?’ vraagt Zoë. Olivier moet er niet lang over nadenken.
‘Hier. Geen enkele twijfel’. Twee en een halve maand was veel te kort.
2 Comments
Hallo,
Ik heb met interesse jullie blog gelezen. Ik overweeg zelf om naar het midden/noorden van Zweden te verhuizen. Ik twijfel alleen of ik de winter in Zweden aankan. Ik denk eraan om komende winter dit uit te testen. Ik heb alleen geen idee hoe ik aan een kleine, vrijstaande huurwoning (liefst gemeubileerd) kom. Hebben jullie tips?
He Karin,
Wat leuk! En super goed dat je het eerst een winter wilt proberen. Je kan deze websites gebruiken om een huurwoning te zoeken: https://www.hyrenbostad.se/ en https://bostadsportal.se/hyresbost%C3%A4der/ . Je moet dan even “endast Möblerade” aanvinken bij de opties. Dat zijn de gemeubileerde woningen.
Succes!