De trein brengt ons in Weesp, dat we na wat laatste inkopen via een landweggetje snel achter ons laten. Dit deel van de route begint met verharde ondergrond langs omgeploegde akkers. Op de velden zit een stel ganzen, maar veel andere trekvogels komen we nog niet tegen. Misschien zijn ze nog op terugweg uit Afrika, of al vertrokken naar het Noorden. Halverwege stappen we Utrechtse heuvelrug binnen, waar Hush, de hond, het ene moment op vrije voet mag en het andere moment aan de lijn moet of zelfs verboden is. Hoe dan ook geniet zij met volle teugen mee en is net zo blij als ons als we na 27 kilometer onze slaapplaats vinden.
We slapen niet op een camping, maar midden in het bos en dat op een legale manier. Dankzij het concept “paalkamperen” kunnen we vrij kamperen in de natuur. 10 meter rond de waterpomp, die fungeert als paal, mag je een tent opzetten en daar maximaal 72 uur kamperen. Tot onze verbazing staan er vier andere tenten, met name oudere mensen die met hun stadsfiets uit de buurt komen om een nachtje in het bos te slapen, even weg van de drukte in de stad.
Onderweg worden we na getuurd, de ene keer met een verbaasde blik naar de grote rugzakken en hond, en de andere keer vol bewondering en een vleugje jaloezie ter aanmoediging. Het wandelen in de natuur, eten koken op een vuurtje en slapen in de tent brengen je op één dag volledig tot rust. Uiteraard doen de voeten pijn en begint het gewicht van de rugzak door te wegen, maar de hersenen laten het piekeren achterwege en vallen in een ruststand op automatische piloot. Heel wat mensen zien de logica niet; voor het plezier 45 kilometer wandelen, om vervolgens op de grond in een tent te slapen, maar voor ons is dit pure ontspanning. Het is muisstil als we om 10 uur moe en voldaan in slaap dommelen.
De regent druppelt heel de nacht gezellig op ons plastic dak zodat we ’s ochtends een natte tent moeten opruimen, al vergeten we dat snel als de eerste zonnestralen door de bomen komen en de lente op ons gezicht kriebelt. Af en toe wanen we ons ver in het buitenland, al komen we snel terug in de realiteit omdat de bewoonde wereld nooit veraf is in Nederland.
Na de middag vervolgen we in t-shirt het pad door de Utrechtse Heuvelrug tot we recht het treinstation van Den Dolder binnen lopen, ons eindpunt voor dit weekend. Als we op zondagmiddag terug aankomen in Amsterdam voelt het alsof we een hele week weg zijn geweest en kijken we snel in onze agenda wanneer we het volgende deel van de route kunnen doen!